, [], Matthew 9:34: The Gergesenes bid Jesus depart; Romans 13:13-14: The Godly man's conduct; Proverbs 17:5: The Poor and his Maker
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Laat ons, [64]als in den dag, [65]eerlijk [66]wandelen; niet in [67]brasserijen en [68]dronkenschappen, niet [69]in slaapkameren en [70]ontuchtigheden, niet in twist en nijdigheid; 64. Dat is, gelijk betaamt dengenen, wien door de genade Gods het licht der zaligmakende kennis verschenen is. 65. Dat is, niet alleen godzalig voor God, maar ook eerbaar voor de mensen. 66. Dat is, ons leven aanstellen, en onder de mensen verkeren. 67. Waardoor verstaan worden, niet eerlijke en matige maaltijden, Gen.21:8; Joh.2:1, maar gulzige en ontuchtige, in welke allerlei overdadigheid, dartelheid, danserij en lichtvaardigheid gepleegd wordt. 68. Of, onmatig zuipen van wijn of sterken drank; Jes.5:22. 69. Dat is, overspelen, of hoererijen, die in de slaapkamers gemeenlijk gepleegd worden. 70. Dat is, geile en onkuische dartelheden.